Blogs


De gigantische sushi03-mei-2024

Een verhaaltje voor het slapen gaan.
Naar een idee van Raimond Bos, geschreven door Raymond Robart.
Opgedragen aan mijn vader.
3 mei 2024

Eens, in een ver land, waar de geuren van exotische kruiden de lucht vulden en de kleuren van de markten de straten versierden, lag een rustig dorpje aan de oever van een kabbelende rivier. In dit dorpje, genaamd Sushimura, leefden de mensen in harmonie met de natuur en hun eigen creaties. Het was een plek waar dromen en fantasieën tot leven leken te komen.
Nu, in dit dorpje, was er een legende over een gigantische sushi. Niet zomaar een sushi, maar een sushi zo groot dat het de hele stad leek te overschaduwen wanneer het door de straten bewoog. Deze sushi stond bekend als het 'Gigantische Sushimonster'.
Het Gigantische Sushimonster was het spookverhaal dat moeders aan hun kinderen vertelden om hen binnen te houden wanneer de avond viel. Ze fluisterden over zijn angstaanjagende verschijning, met sushirijst zo wit als de maan en zeewier dat kronkelde als armen die naar je uitstaken.
Zijn ogen waren als glimmende kaviaarparels en zijn mond opende als een donkere afgrond, klaar om alles in één hap te verorberen.
Maar wat de mensen niet wisten, was dat het Gigantische Sushimonster eigenlijk geen monster was, maar een vriendelijke ziel die verlangde naar gezelschap. Diep onder de grond, in een geheime grot, leefde de sushi in eenzaamheid, verlangend naar menselijk contact.
Op een warme zomernacht, toen de maan hoog aan de hemel stond en de sterren fonkelden als diamanten, besloot een moedige jongen genaamd Hiro op onderzoek uit te gaan. Hij had genoeg gehoord over de legende van het Gigantische Sushimonster en was vastberaden om de waarheid te achterhalen.
Met een lantaarn in zijn hand en zijn hart bonzend van opwinding en angst, begaf Hiro zich naar de rand van het dorp, waar de geheimzinnige grot verborgen lag. Toen hij de ingang bereikte, aarzelde hij even, maar zijn nieuwsgierigheid overwon zijn angst en hij stapte moedig naar binnen. Diep in de duisternis ontdekte Hiro het Gigantische Sushimonster, rustend op een bed van zeewier en omringd door een aura van mysterie. De sushi keek Hiro met grote, vriendelijke ogen aan en glimlachte op zijn eigen unieke manier. "Wie ben jij, dappere reiziger?" vroeg de sushi met een zachte stem, die klonk als een briesje door de bladeren. "Ik ben Hiro," antwoordde de jongen, zijn stem trillend van opwinding. "Ik wilde je ontmoeten, om te zien of je echt zo angstaanjagend bent als iedereen zegt." Het Gigantische Sushimonster glimlachte opnieuw en schudde zijn hoofd. "Ik ben geen monster, Hiro. Ik ben slechts een eenzame sushi, verlangend naar gezelschap en vriendschap." Hiro keek verbaasd naar de vriendelijke reus voor hem. Hij had nooit gedacht dat de legende van het Gigantische Sushimonster zo anders zou zijn dan hij had verwacht. "Zou je... zou je vrienden willen worden?" vroeg Hiro aarzelend. De sushi straalde van blijdschap. "Niets zou me gelukkiger maken," antwoordde hij oprecht.
En zo begon een onverwachte vriendschap tussen Hiro en het Gigantische Sushimonster. Ze deelden verhalen, lachten samen en genoten van elkaars gezelschap. Langzaamaan begonnen de mensen in het dorp te begrijpen dat het Gigantische Sushimonster geen bedreiging was, maar een vriendelijke ziel die verlangde naar menselijk contact. De legende van het Gigantische Sushimonster werd herschreven, van een angstaanjagend verhaal tot een hartverwarmend sprookje over vriendschap en acceptatie. En in het rustige dorpje Sushimura leefden Hiro en het Gigantische Sushimonster nog lang en gelukkig, omringd door de liefde en vriendschap van de mensen om hen heen.

De ansichtkaart (Taxikronkel).

Deze blog komt uit de zomer van 2014, toen ik werkzaam was als WMO-taxichauffeur.
De foto is gemaakt met AI en iedere gelijkenis berust dan ook op puur toeval.

Een van onze vaste klanten, die ik vandaag weer mocht vervoeren, is een aardige, bejaarde hippie. Ergens in zijn leven moet er iets mis zijn gegaan, want hij woont in een psychiatrisch ziekenhuis. Vandaag mocht ik hem ophalen van een coffeeshop ergens in Haarlem. Hij ziet er altijd nogal onverzorgd uit. Wilde grijze haren en een idem baard die nog nooit met een schaar of trimmer heeft kennis gemaakt. Zijn polsen hangen vol met kettinkjes in allerlei kleuren die allemaal iets betekenen. Om zijn hals zit een ketting waaraan drie horloges hangen. Ook dat zal ongetwijfeld een mij volkomen onduidelijke betekenis hebben. Vandaag was hij erg blij. Niet alleen omdat hij nog drie joints en ook nog geld over had, maar vooral omdat hij bij het plaatselijk antiquariaat een oude wenskaart had gescoord. "Prettige feestdagen" stond er op. Hij was er reuze enthousiast over. Mooie kleuren blauw, groen en wit, en er stond ook nog een hondje op. 
"Is deze voor je verzameling?", vroeg ik belangstellend. Hij antwoordde ontkennend. Deze kaart was zo mooi, dat hij hem aan de dokter wilde geven. Dat had hij wel verdiend. Maar is prettige feestdagen wensen niet een beetje voorbarig, vroeg ik hem. Nee hoor, zei hij. Ik mocht hem afzetten bij het bankje voor de ingang. Want hij wilde nog even lekker in het zomerzonnetje een of twee jointjes roken. Soms ben ik wel eens jaloers op mensen die zo gemakkelijk van iedere dag een probleemloze feestdag maken. Deze meneer moet wel erg gelukkig zijn. Zo zouden we het eigenlijk allemaal moeten doen. Prettige feestdagen iedereen!